didgemon 0 Posted January 13, 2005 (edited) Zaadstructuur Zaden zijn uitgegroeide ovules (zaadknoppen). Ovules zitten in het ovarium (hetzakje) van de bloem. In de embryozak ontwikkelt zich een embryo. Een embryo bestaat uit een embryonale as die één (monocotyl) of twee (dicotyl) cotyledonen (embryonale bladeren) draagt. Aan de uiteinden van de embryonale as bevinden zich de apicale meristemen(groeischeut) van de scheut en de wortel. Meristemen zijn opgebouwd uit cellen die in staat zijn meerdere delingen te ondergaan en zich te differentieren. Het apicaal meristeem samen met een stengelachtige structuur (epicolyl = boven het cotyl) en één of meer jonge blaadjes vormen de plumula of het pluimpje, waaruit de scheut zal ontstaan. De stengelachtige structuur onder het cotyl (hypocotyl) gaat over in de radicula, een embryonale wortel. Deze wortel is beschermd door een wortelkapje of coleorhiza. Terwijl het embryo zich in de ovule ontwikkelt, is het omringd door voedingsweefsel, het endosperm. Dit endosperm bestaat uit dode cellen die voornamelijk gevuld zijn met zetmeeL Zowel het endosperm als de cotyledonen bevatten grote hoeveelheden gestockeerde koolstof (onder de vorm van suikers, vetten, en proteïnen), minerale elementen en hormonen om zo de groei van de zaailing te ondersteunen tot de plant fotosynthetisch actief wordt. Zaadkieming Als de omstandigheden gunstig zijn (temperatuuç zuurstof, water etc.) zal het zaad kiemen (de dormantie wordt verbroken). De kieming begint met de opname van water: Imbibitie. Dankzij de verhoogde druk die het water op de testa(zaadhuid) uitoefent zal deze scheuren en kan het embryo groeien. De opname van water veroorzaakt een stijging in de metabolische activiteit van het embryo. Verhoogde respiratie wordt gevolgd door het vrij stellen van hydrolytische enzymes die de gestockeerde reserves gaan mobiliseren; celdeling en celgroei starten terug op in de embryonale as. Bij kieming zal over het algemeen eerst de radicula of primaire wortel verschijnen, waardoor verankering in de bodem en vochtopname mogelijk worden (Figuur D.2). Fliertoe groeit de coleorhiza, gevolgd door de radicula, doorheen de zaadhuid. Vervolgens doorboort de radicula de coleorhiza. Eens boven de grond uitgegroeid spreekt men over de zaa/ing. Dormantie zorgt ervoor dat de zaden ongunstige omstandigheden kunnen overleven, deze slaaptoestand wordt opgeheven door externe signalen (bv bewatering), wanneer het zaad dus merkt dat de omstandigheden gunstig zijn om te kiemen. (als je nog meer wil weten over de verschillende vormen van dormantiecontrole moet je het maar even zeggen) Edited January 13, 2005 by didgemon Quote Share this post Link to post Share on other sites
atmosphere 40 Posted January 13, 2005 Dat is leuk al die termen ,maar om het begrijpelijk te maken zal je de begrippen toch moeten omschrijven . Een begrippenlijst erbij ofzo? Quote Share this post Link to post Share on other sites
GreenGrower 4 Posted January 13, 2005 technisch! mss termenverduidelijking en plaatjes erbij? anders denk ik dat er weinig zijn die t snappen.. Quote Share this post Link to post Share on other sites
didgemon 0 Posted January 14, 2005 (edited) hopelijk is dit duidelijker. het linkse is een dicotyl (dubbelzaadlobbige), waarbij het endosperm volledig is opgenomen door de coleoptielen (embryonale bladeren), de rechtse een monocotyl (mais) Edited January 14, 2005 by didgemon Quote Share this post Link to post Share on other sites